AMSTERDAM - Het college van B en W zet zich in voor de diervriendelijke stad. Dit geldt zowel voor dieren in het wild als dieren die worden ingezet voor sport, ontspanning of onderzoek. Het college van B en stuurt daarom de nieuwe Agenda Dieren 2024-2026 naar de gemeenteraad. De agenda bevat een breed palet aan maatregelen om het dierenwelzijn in de stad naar een hoger niveau te krijgen. Om dit te bereiken maakt het college twee miljoen euro extra vrij.

Wethouder Zita Pels (Dierenwelzijn): “Een sociale stad gaat niet alleen om hoe mensen met elkaar omgaan maar ook hoe we omgaan met onze dieren. Met de nieuwe Agenda Dieren zetten we een belangrijke stap om het welzijn van dieren te vergroten. Om deze doelen te bereiken maken we als stad twee miljoen extra vrij.”

Relatie tussen mens en dier

Aandacht voor het welzijn van dieren is niet alleen belangrijk voor dieren, maar ook voor mensen: samenleven en omgaan met dieren biedt ontspanning en stimuleert tot lichaamsbeweging. Tegelijkertijd kan dierenverwaarlozing een voorspeller zijn van huiselijk geweld of een reden tot zorgen over de leefsituatie van mensen. Bij een verantwoordelijke omgang met dieren is er ook minder kans op uitbraak van infectieziekten. Biodiversiteit draagt bij aan het management van soorten die een plaag vormen. Vleermuizen, libellen en koolmezen spelen daarbij bijvoorbeeld een belangrijke rol. Terwijl wilde bijen, vlinders, zweefvliegen en kevers juist een onmisbare bijdrage leveren aan de bestuiving.

Maatregelen

De maatregelen in de Agenda Dieren zijn onder meer:

  • Ongeveer één op de vijf Amsterdammers heeft een hond. Dit zorgt in een drukke stad als Amsterdam soms voor onveilige situaties voor zowel de hond als voor inwoners.. De gemeente werkt daarom aan meer veilige uitlaatplekken, maar ook aan een duidelijker bijtprotocol.
  • Een huisdier moet passen bij het zorgvermogen en de woonruimte van de houder. De hoeveelheid dieren dat risicovol gedrag vertoont en in de opvang belandt laat zien dat er nog te vaak een mismatch is tussen eigenaar en huisdier. Daarom gaat de gemeente in gesprek met het Rijk over een matchingsplicht voor verkopers. Ook wordt er gewerkt aan een convenant tussen dierenspeciaalzaken, dierenpensions en dierenartsen.
  • Infecties van dieren kunnen overslaan op de mens. De gemeente versterkt de samenwerking tussen kinderboerderijen, dierenartsen en de veiligheidsregio.
  • Als het om proefdieren gaat wil Amsterdam zich inzetten voor de dieren die overblijven na onderzoek. Denk aan gefokte dieren die uiteindelijk niet als proefdier zijn ingezet of aan proefdieren die na onderzoek nog een waardig leven kunnen hebben.
  • In Amsterdam wonen dieren die hier niet van nature voorkomen, de invasieve exoten. De gemeente heeft enerzijds een plicht om invasieve exoten te beheersen en anderzijds een zorgplicht ten aanzien van individuele dieren. Daarom wil de gemeente onderzoeken welke lokale exoten echt een probleem vormen en welke lijden in hun welzijn door hun aanwezigheid in het Nederlandse klimaat.
  • De ADAM-regeling biedt een ondersteuning aan minima als de rekening van de dierenarts te hoog is. De regeling is een succes en wordt de komende tijd uitgebreid.
  • De gemeente maakt afspraken met de paardenbranche over paardensport zonder aantasting van paardenwelzijn.