AMSTERDAM - Wie de afgelopen tijd het nieuws heeft gevolgd, kan het niet zijn ontgaan: Nederland heeft een stikstofprobleem. En Amsterdam dus ook. Dat betekent dat niet alles meer kan. We moeten maatregelen nemen om de uitstoot te verminderen en de natuur te beschermen. Tegelijkertijd zijn we natuurlijk druk aan het bouwen in Amsterdam. Want we hebben ook dringend meer woningen nodig. Hoe moet dat nu verder?

Voor alle ruimtelijke projecten in Amsterdam geldt dat er stikstofonderzoek moet worden gedaan. Dit betekent niet automatisch dat voor deze projecten een stikstofprobleem is of dat dit project vertraging oploopt, wel dat dat eerst onderzocht moet worden. Hoe eerder in het proces de beoordeling plaatsvindt, hoe kleiner de kans dat er aan het einde van de streep daadwerkelijk vertraging optreedt.

Beperken van de uitstoot
Op de korte termijn gaan we dus door met stikstof per project te beoordelen. Voor de lange termijn is vooral het Rijk aan zet om maatregelen te nemen. Als gemeente moeten we verantwoordelijkheid nemen voor onze projecten en het goede voorbeeld geven. We laten ons daarom goed informeren over wat we kunnen doen om stikstofuitstoot te beperken. Waar het kan zorgen we zowel tijdens de bouw als wanneer de woningen er eenmaal staan, voor minder stikstof. We gaan door met gasloos bouwen, verminderen de hoeveelheid autoverkeer in de stad en stimuleren elektrisch vervoer.

Wat is nou eigenlijk het probleem met die stikstof?
Een te hoge hoeveelheid stikstof heeft negatieve gevolgen voor onze natuurgebieden. Door stikstof zullen sommige planten gedijen en andere juist niet. Het gevolg is dat de biodiversiteit afneemt. Dat veroorzaakt een kettingreactie. Na de planten verdwijnen de dieren, zoals bijen en insecten. En die zijn op hun beurt weer nodig voor onze gewassen en voedselproductie.