AMSTERDAM - Geen begraafplaats in Nederland herbergt zoveel verschillende verhalen als De Nieuwe Ooster. De begraafplaats is net zo divers en veelkleurig als de stad zelf. Op vrijdag 23 mei vond er een ingetogen speciale bijeenkomst plaats waarbij twee zoons van de Molukse marinier Jacob Pattiasina een informatiebord bij het graf van hun vader onthulden. Een bijzondere Amsterdammer met een bewogen geschiedenis. Na een korte toespraak van portefeuillehouder Jan-Bert Vroege van stadsdeel Oost, onthulde de familie Pattiasina het informatiebord.

“De Nieuwe Ooster is een prachtig, groen wandelpark met veel verborgen verhalen. Deze verhalen vertellen samen de geschiedenis van Amsterdam en haar inwoners. In het park zijn alle rangen en standen, culturen en rituelen te vinden. Sommige verhalen kent iedereen, zoals die van Majoor Bosshardt, Jos Brink of burgemeester Van der Laan. Maar ook ‘gewone’ Amsterdammers hebben bijzondere levens en geschiedenissen. De werkgroep Stenen Archief Amsterdam vertelt deze verhalen door middel van het plaatsen van informatieborden. Dit bord is bedoeld als herinnering aan de voor velen onbekende geschiedenis van Jacob Pattiasina en de overige marine Molukkers.” aldus Jan-Bert Vroege.

De geschiedenis van de marine Molukkers


Tijdens de Tweede Wereldoorlog bestond de Koninklijke Marine in Nederlands-Indië voor een derde uit autochtone bewoners van het eilandenrijk. Deze ‘inheemse schepelingen’ werden achtergesteld: zij ontvingen minder loon dan Nederlanders van gelijke rang, kregen ander voedsel en sliepen gescheiden in het zogenaamde ‘inlands verblijf’.

Het verhaal van Jacob Pattiasina

Jacob Pattiasina werd in 1911 geboren op Ambon en diende als korporaal muzikant bij de Koninklijke Marine. Tijdens de oorlog werd hij door de Japanners gevangengenomen en geïnterneerd. Na de Japanse capitulatie riep Soekarno in 1945 de Republiek Indonesië uit; in 1950 riepen de Molukkers de Republik Maluku Selatan (RMS) uit, die echter niet werd erkend. De marine trok zich terug uit Indonesië, en veel marine Molukkers, onder wie Pattiasina, konden niet terug. Zij kwamen met hun gezinnen naar Nederland voor wat een tijdelijk verblijf leek, maar permanent werd. Pattiasina bleef werkzaam bij de marine, onder andere in Hilversum en overleed in 1979 in Amsterdam.