AMSTERDAM - Het overgrote deel van de Amsterdamse basisschoolleerlingen heeft van september 2020 tot en met januari 2021 op cognitief vlak een noodzakelijke inhaalslag gemaakt. Uit de toets resultaten van januari 2021 blijkt dat een groot deel van de leerlingen een vergelijkbare leergroei laat zien als in de jaren voor corona. Daarnaast zijn er nog steeds grote verschillen tussen scholen. Dit zijn de belangrijkste uitkomsten uit het onderzoek naar de leergroei van Amsterdamse leerlingen, dat is uitgevoerd door de afdeling Onderwijs, Informatie en Statistiek in opdracht van de Amsterdamse schoolbesturen.


Arnold Jonk, bestuurlijk portefeuillehouder van het onderzoek Breed Bestuurlijk Overleg Amsterdam (BBO): "Het is heel duidelijk dat onze scholen in de tweede lockdown-periode veel geleerd hebben van de eerste. De toegenomen concentratie op kernvakken en de hogere effectiviteit daarvan hebben geholpen. Toch blijven er natuurlijk leerlingen en scholen waarvoor dit niet geldt. En sowieso is onderwijs meer dan taal en rekenen, daarin is het afgelopen jaar veel gemist. De komende jaren kunnen we verder werken aan het verbeteren van ons onderwijs, het ondersteunen van leerlingen en scholen waar er nog sprake is van vertraagde leergroei."

Marjolein Moorman, wethouder Onderwijs: "Dit is heel goed nieuws, maar de verschillen blijven te groot en dat laat zien dat structurele investeringen nodig zijn om het onderwijs te versterken. Het geld dat nu beschikbaar is moet op de juiste manier ingezet worden om de kwaliteit te verbeteren. Ik maak me grote zorgen om de verschillen in kwaliteit van onderwijs. Kwaliteit van onderwijs moet niet afhankelijk zijn van de school waar je naartoe gaat."

Grote verschillen tussen Amsterdamse scholen


Het onderzoek heeft gebruik gemaakt van de gegevens van 167 Amsterdamse basisscholen, waarbij de leergroei in schooljaren 2019-21 is afgezet tegen de gemiddelde leergroei van de twee voorgaande schooljaren. Hiervoor zijn de toetsresultaten op de midden- en eindtoetsen van Cito (de LOVS 3.0 toetsen) gebruikt. Ook de leerlingen die op hun eigen niveau zijn getoetst zijn meegenomen in het onderzoek. Een relatief grote groep is niet getoetst met vergelijkbare gestandaardiseerd toetsen en moet daarom nog onderzocht worden.

Uit de resultaten blijkt dat er nog steeds grote verschillen bestaan tussen scholen als het gaat om de gemiddelde leergroei van de leerlingen. Scholen met een vergelijkbare populatie (wat betreft het risico op een onderwijsachterstand) laten soms een totaal verschillende gemiddelde leergroei van leerlingen zien. In het onderzoek is niet gezocht naar specifieke verklaringen voor de grote verschillen tussen scholen. Wel ontvangen de deelnemende besturen een rapportage op bestuurs- en schoolniveau voor eigen verdiepend onderzoek.

De Amsterdamse scholen laten zien veel te hebben geleerd van de eerste lockdown en daarmee is een goede uitgangspositie verworven voor het verder wegwerken van resterende vertragingen, en via investeringen verder te versterken van de onderwijskwaliteit die de leerlingen al krijgen. Scholen kunnen hierin van elkaar leren en profiteren.