AMSTERDAM - Het beheer van bruggen en kades in Amsterdam is de afgelopen decennia verwaarloosd. Het weer op niveau krijgen van het onderhoud van de civiele constructies in de stad is een complexe, grote en urgente opgave. Dat zijn de twee voornaamste conclusies van het onderzoek dat extern onderzoeker Pieter Cloo afgelopen tijd uitvoerde in opdracht van de gemeente. Het college van B en W herkent zich in de bevindingen en aanbevelingen. Het rapport is aanleiding om, naast alle maatregelen die het college al heeft genomen om het probleem op te lossen, de aanpak te intensiveren.

De gemeente is verantwoordelijk voor de veiligheid en het onderhoud van in totaal zo’n 1600 bruggen, 600 kilometer kades en oevers en 5 verkeerstunnels. Van de 200 kilometer gemetselde kademuren in de stad is ten minste 10 kilometer in zeer slechte staat met een verhoogd risico op verzakking. Deze kademuren staan bovenaan de lijst om binnen afzienbare termijn vervangen te worden. Eerste onderzoeken hebben bovendien aangetoond dat 6 bruggen in dusdanig slechte staat zijn dat er acute maatregelen getroffen zijn.

Stad verdient beter
Wethouder Sharon Dijksma: “Dit rapport laat de kwetsbaarheid zien van de bereikbaarheid van onze stad. Op het moment dat wij de basale infrastructuur, die nodig is om deze stad te laten functioneren, niet op orde hebben, doen we iets niet goed. We moeten zorgvuldiger omgaan met al het moois dat deze stad te bieden heeft. Dat zijn we de bewoners en bezoekers van de stad verschuldigd, maar ook de generaties die na ons komen. Daarom is actie nodig. Dat is afgelopen jaren te weinig gebeurd omdat onderhoud geen sexy onderwerp is, maar het is wel essentieel voor de stad. In alle afwegingen die het college daarbij maakt, staat de veiligheid van de stad en haar bewoners en bezoekers altijd voorop.’’

Het onderzoek laat zien dat er veel moet gebeuren om het fundament van de stad weer op orde te krijgen. De heer Cloo doet vijf aanbevelingen. In de eerste plaats moet de belasting van de kades en bruggen in de vorm van zwaar verkeer drastisch worden geweerd. Daarnaast moet de programmatische aanpak van bruggen en kades worden versterkt, de financiering van het programma flexibeler worden, en structureel beschikbaar zijn. Ook moet er geïnvesteerd worden in de organisatie. De vijfde en laatste aanbeveling luidt dat de gemeente moet kiezen voor schaalvergroting op innovatie en samenwerking met de markt en kennisinstituten.

Monitoring en maatregelen
Met een deel van die aanbevelingen was de gemeente al bezig. Op de meest kritieke plekken wordt intensief gemonitord en waar de veiligheid in het geding is, worden direct maatregelen genomen. Zo zijn 6 bruggen geheel of gedeeltelijk afgesloten en zijn op een aantal kwetsbare plekken langs kades noodmaatregelen genomen. Voor uitvoering van al deze fysieke ingrepen is een contract afgesloten met een gespecialiseerde aannemer om snel en adequaat te kunnen handelen.

Daarnaast is er in het stadsdeel Centrum een zone waar alleen vrachtverkeer mag komen van minder dan 7,5 ton. Op plekken waar dat nodig is, kunnen bomen worden gekapt, parkeerplaatsen worden opgeheven en verkeer boven de 3,5 ton worden geweerd. Ook is in het coalitieakkoord overeengekomen dat er 22,5 miljoen euro structureel in het Stedelijk Mobiliteitsfonds wordt vrijgemaakt ten behoeve van vervangingsonderhoud. De programmatische aanpak die Cloo aanbeveelt, staat voor een belangrijk deel in de steigers.

Opvolgen aanbevelingen noodzakelijk
Tegelijkertijd concludeert het college dat ze er met de huidige aanpak nog niet is. Er moet meer gebeuren om de problemen op te lossen. Zo wordt in het kader van de structurele financiering bij de Voorjaarsnota onder andere een besluit voorgelegd voor een nieuw financieel systeem, dat moet zorgen voor de noodzakelijke structurele financiering. Deze middelen moeten flexibel kunnen worden ingezet, om in te kunnen spelen op de actualiteit.

Beperkingen voor het gebruik van kwetsbare constructies worden per direct opgevoerd en het bestaande beleid voor ontheffingen wordt aangepast. Er wordt daarnaast nieuw beleid ontwikkeld om zwaar (vracht)verkeer te weren. Ook wordt de organisatie versterkt en de samenwerking met de markt geïntensiveerd.

De genoemde maatregelen zullen voor mensen in de stad niet onopgemerkt blijven. Afsluitingen, soms langdurig, zullen vaker voorkomen en er zal gezocht moeten worden naar alternatieve wijzen van bevoorrading van de stad. Dit zal veel van de stad, bewoners, bedrijven en bezoekers vragen. De gemeente communiceert hierbij actief met betrokkenen en stuurt op maximale vrijwillige naleving van maatregelen en waar nodig strikte handhaving.