AMSTERDAM - Palmira Barends was bij haar moeder op bezoek in de Gouden Leeuw. Door een onbeschrijfelijk gebrul buiten ging ze bij het raam staan. Een vliegtuig scheerde langs. En dan een gigantisch gele en oranje vuurbal. Barends kon niet zien waar de vuurbal was neergekomen. Ze begon te rennen naar Kralenbeek waar ze woonde met haar dochtertje.

“Onderweg kwam ik langs Groeneveen en zag dat het vliegtuig daar was neergestort. Dus niet op mijn flat, mijn kind was veilig. Ik zag mensen die aan het helpen waren. Mijn neef en zijn gezin woonden in Kruitberg”. Barends bedacht zich geen seconde en rende de buitentrap van Groeneveen op om via de loopbrug naar Kruitberg te komen. “Het brandde nog niet op de onderste verdiepingen. Ik kon er nog langs.” Ze hielp mensen evacueren. En nam 8 mensen mee die niet meer naar huis konden naar haar 3-kamerflat in Kralenbeek. De huid van haar gezicht verschroeide.

‘Veel meer slachtoffers’

Barends is zichtbaar geëmotioneerd als ze over de ramp vertelt. “Het is een film die in mijn hoofd speelt. Ik zie het voor me en hoor weer het gegil en geschreeuw van mensen. Het geknal van de flesjes parfum die ontploften. De politieman die riep dat ik mijn plastic jas uit moest doen omdat er brokken vuur op vielen. Ik had familie en kennissen in de flats en ik wist dat er veel ongedocumenteerden woonden. Ik hield in die tijd een dagboekje bij en ging elke dag naar de rampplek. De eerste dagen telde ik meer dan 60 draagbaren die afgedekt waren. Ik ben ervan overtuigd dat er meer slachtoffers zijn gevallen.”

Bijzondere ontmoeting

Barends werkte jaren in de hulpverlening in Zuidoost. ”Zo ging ik bij een dame op Hoptille langs. Ze keek me aan en zei dat ze me goed kende. Ik had haar echt nog nooit gezien. Ze vertelde me dat ik haar zoontje had aangereikt toen zij uit Groeneveen vluchtten voor het vuur. Zij was me nooit vergeten. Dat ze mij toen gezien had en me nu bedankte, vond ik prachtig. Ik voelde me erkend en dankbaar.”

Herdenken bij ‘De boom die alles zag’

“De eerste jaren heb ik meegeholpen de herdenking te organiseren. Ik ga elk jaar. Soms een dag eerder of later. Ik bid dan voor de mensen die niet erkend zijn omdat ze niet bestonden, de ongedocumenteerden. Ik bid voor hen omdat zij toen de wereld ook verlaten hebben.”

Zie ook: Herdenking Bijlmervliegramp