AMSTERDAM - Vandaag, donderdag 31 mei, is Miekie Donner benoemd tot Ridder in de Orde van OranjeNassau vanwege haar inzet bij het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap (KOG). Zij kreeg de onderscheiding uitgereikt door locoburgemeester Simone Kukenheim tijdens haar afscheid in het Rijksmuseum.

Sinds 2003 zet mevrouw Donner zich als administrateur in voor het KOG. Haar organisatorische activiteiten en sociale betrokkenheid gaan ver boven de formele functieomschrijving uit. Haar werk doet ze deels in haar privétijd. Zij is gedurende de afgelopen vijftien jaar een belangrijke verbindende factor geworden binnen het Amsterdamse museumwezen.

Als enige betaalde kracht in een organisatie met 750 vrijwilligers heeft zij de afgelopen 25 jaar gezorgd voor de collectie, het contact met de leden en de commissies, de ondersteuning van het KOG-bestuur en de relatie met het Rijksmuseum. Ten tijde van de verbouwing van het Rijksmuseum was zij tevens de grote kracht achter de voorbereiding en de coördinatie van de tijdelijke verhuizing van ruim 50.000 KOG-objecten.

Tussen 1990 en 1992 was mevrouw Donner vrijwilliger bij het Rijksprentenkabinet van het museum. Ze telde de hele verzameling tekeningen en prenten, en later ook de foto’s, om een schatting te maken van de kosten van de digitalisering van de collectie. Publicaties van het museum voorzag ze van registers en typte ze soms ook in. Daarnaast is mevrouw Donner mantelzorger geweest van enkele oud-medewerkers van het Rijksmuseum die alleen kwamen te staan.

Het KOG is in 1858 opgericht, met Koning Willem II als beschermheer, om de kennis van nationale en lokale oudheden blijvend te stimuleren. Er werd een collectie van ‘vaderlandse oudheden’ aangelegd die voor het eerst tentoon kon worden gesteld met de komst van het Rijksmuseum in 1885. De kunstverzameling van het KOG wordt sindsdien tentoongesteld in het Rijksmuseum. Het KOG en het Rijksmuseum hebben hierdoor een langdurige samenwerking die in 2017 opnieuw werd verlengd met een periode van 30 jaar.

Orde van Oranje-Nassau De onderscheiding wordt verleend aan personen die zich lange tijd persoonlijk verdienstelijk hebben gemaakt voor de maatschappij, de Staat of het Koninklijk Huis. Er zijn zes graden in de Orde van Oranje-Nassau. De eerste vijf graden zijn: Ridder Grootkruis, Grootofficier, Commandeur, Officier en Ridder. Een benoeming in de zesde graad betekent dat iemand tot lid benoemd is in de Orde van Oranje-Nassau.