AMSTERDAM - Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in hoger beroep een straf van 24 maanden in een jeugdgevangenis geëist tegen een inmiddels 23-jarige man. Hij wordt verdacht van het op 27 januari 2020 onbedoeld lossen van een fataal schot tijdens de opnames van een videoclip. Daarbij kwam een 26-jarige vriend van de verdachte om het leven. Ook eist het OM een schadevergoeding voor de familie van het slachtoffer van een kleine 100.000 euro.


Zwaaien met doorgeladen wapen

De opnames voor de videoclip vonden plaats in de woning van het uiteindelijke slachtoffer in Amsterdam-Zuidoost. Daarbij werd flink gedronken en drugs gebruikt. Voor de opnames van de videoclip werd gebruik gemaakt van een wapen van de verdachte. “Daarbij worden scènes opgenomen waarin hij met het wapen heen en weer zwaait op het ritme van de muziek”, zegt de aanklager in hoger beroep, de advocaat-generaal (AG). “Hij laadt daarbij ook het wapen door en haalt de trekker over. Daar gaat het uiteindelijk mis. Toen de verdachte het wapen op de camera richtte en de trekker overhaalde, vuurde hij ook daadwerkelijk een kogel af.”

Dood door schuld
Het schot wordt de man die filmt en regisseert fataal. Hij overlijdt niet veel later aan zijn verwondingen. De rechtbank in Amsterdam spreekt de verdachte op 22 juli 2020 vrij van doodslag, maar veroordeelt hem wel voor dood door schuld. Het OM gaat in hoger beroep.

Dunne lijn
De aanklager in hoger beroep komt tot de conclusie dat de lijn tussen doodslag en dood door schuld dun is. Toch is zij het met de rechtbank eens dat hier sprake moet zijn van dood door schuld. “Hoewel het gevaarlijk was wat verdachte deed, blijkt niet dat hij ervan uitging dat de opnames verkeerd zouden kunnen aflopen. Ook omdat hij het wapen een keer op zijn eigen hoofd heeft gericht. Wel verwijt ik hem dat door zijn roekeloos handelen iemand is overleden. Ook had hij dat wapen niet mogen hebben.”

Volwassen maar toch jeugdstrafrecht
Hoewel de verdachte volwassen is, wil het OM dat hij als minderjarige wordt berecht. Uit het rapport van de reclassering blijkt dat hij een positieve ontwikkeling laat zien nadat hij vanuit een normale gevangenis is overgeplaatst naar een jeugdinrichting. “Het weghalen uit de jeugddetentie zal een negatieve invloed hebben op zijn re-integratie in de maatschappij.”

Het gerechtshof Amsterdam doet over twee weken uitspraak.